Afdrukinformatie
- Printen: Klik op de knop hieronder om de route uit te printen.
- PDF: Om deze route op te slaan als PDF, druk op de knop “Printen” hieronder. Bij het print venster, kies bij Bestemming voor “Opslaan als pdf”. Klik daarna op de knop “Opslaan” om de pagina op te slaan als pdf.
De volledige wandeling is ook hieronder uitgeschreven.
Wandeling Het andere Montmartre
Begin: metrostation Lamarck-Caulaincourt
Eind: metrostation Abbesses
Afstand: 2,5 km
Duur: 1,5 – 2 uur
Laatste update: 3 november 2022
Overzicht
Omschrijving
Montmartre was tot 1860 een dorp op een heuvel ten noorden van Parijs. De naam Montmartre komt waarschijnlijk van Mons Martyrum ofwel berg van de martelaren. De legende wil dat martelaar Sint Denis onthoofd werd op deze heuvel, zijn hoofd oppakte en ermee naar de plek liep waar nu de Basilique de Saint-Denis staat, iets ten noorden van Parijs. Een van de Parijse straten die naar Montmartre leiden heet nog steeds rue des Martyrs.
Een tweede verklaring van de naam Montmartre is dat het een verbastering is van Mons Martis, de berg van Mars, omdat er in de Romeinse tijd een tempel stond die aan de god Mars was gewijd. Montmartre is wereldberoemd om zijn sfeer. Tussen 1860 en 1920 woonden en werkten hier veel schilders en schrijvers. Zij vermaakten zich in de vele cafés, restaurants, theaters en danszalen. En ook nu nog vind je in Montmartre de schilderachtige sfeer van toen.
Route-informatie
1. Ga als je uit de metro de trap op naar de rue Caulaincourt. Steek die over en sla scherp links de rue Lucien Gaulard in.
Rechts van je is de Cimetière Saint-Vincent. Een kleine, maar sfeervolle begraafplaats tegen de heuvel van Montmartre. Hier heerst rust. Graven en monumenten bezetten de helling, ingesloten door huizen. Hier zijn o.a. componist Honegger, de schilders Maurice Utrillo en Eugène Boudin en filmmaker Marcel Carné begraven. In de verte zie je de top van de Sacré-Coeur.
2. Loop terug over de rue Lucien Gaulard en sla links de place Constant Finpecqueur in. Sla aan het eind linksaf de rue Saint-Vincent in en loop door tot de kruising met de rue des Saules.
Op de hoek van de rue des Saules en de rue Saint-Vincent staat Au Lapin Agile, een beroemd café en cabaret waar de schilders en dichters van Montmartre elkaar eind 19e en begin 20e eeuw ontmoetten. Omdat Montmartre nog buiten de muur van Parijs lag, waren de belastingen op alcohol hier lager. Dat trok de armlastige kunstenaars van Parijs, onder wie Picasso, Utrillo, Braque, Apollinaire en Max Jacob. Ook nu nog is het een cabaret, voornamelijk met Franse chansons. Op de gevel is een afbeelding te zien van een konijn dat uit een pan springt. Dit stuk van Montmartre is een van de mooiste plekken van de wijk en heeft nog steeds een dorpse uitstraling.
Aan de andere kant van de straat ligt de wijngaard van Montmartre. Hier staan 2000 druivenstokken die per jaar 1000 flessen wijn produceren. Elk jaar wordt in oktober een week lang een wijnfeest gehouden om de oogst te vieren. Al vanaf de 12e eeuw was er een wijngaard op de heuvel. Toen Montmartre bij Parijs getrokken werd, verdwenen de wijngaarden, tot 1929, toen tekenaar Poulbot een nieuwe wijngaard liet planten.
3. Ga rechts de rue des Saules in sla verderop rechtsaf de rue de l’Abreuvoir in.
(Wie het musée de Montmartre wil bezoeken om alles over de wijk te weten te komen, gaat links de rue Cortot in. Het museum is op nr. 12.)
Dit is een mooie straat met veel groen. Op de hoek staat La Maison Rose, een aardig café met een roze gevel en een klein terras, bekend van het schilderij van Maurice Utrillo. Aan de linkerkant van de rue de l’Abreuvoir staat het 18e-eeuwse Château des Brouillards. Het werd in 1764 gebouwd als jachtslot op een terrein waar eerst een molen stond. Nu is het gebouw omgeven met mooie tuinen, maar die zijn helaas niet toegankelijk. Hier heeft Renoir (die 20 keer verhuisde in 50 jaar) gewoond. Vanaf het balkon had hij een prachtig uitzicht op de Moulin de la Galette.
4. Loop tot aan de place Dalida op de kruising met de rue Girardon.
Het plein is vernoemd naar de Franse zangeres Dalida (1933-1987), die begraven ligt op de Cimetière de Montmartre. Er staat een stenen zuil met een beeld van Dalida.
5. Loop rechtdoor de allée des Brouillards in. Ga de trap af en dan aan de overkant naar de square Suzanne Buisson.
De square Suzanne Buisson is een rustig park met een kinderspeelplaats, stenen bankjes en een pétanquebaan. Daar staat ook een beeld van Saint-Denis met zijn hoofd in zijn handen.
6. Loop de square door langs de pétanquebaan tot aan de avenue Junot en ga rechtsaf. Loop door tot aan de Villa Léandre
Tot 1920 was hier een landelijk terrein met molens, moestuintjes en ongeplaveide straten, waar veel kunstenaars woonden. Nu is de avenue Junot een brede straat met voorname huizen. Tussen nr. 23 en 27 is de ingang naar de Villa Léandre, een rustige, landelijke straat met schilderachtige huizen met voortuintjes. De straat is vernoemd naar de komiek Charles Léandre. Aan het eind stonden vroeger enkele molens, todat deze straat in 1929 werd aangelegd. De huizen werden toen bewoond door kunstenaars. Op de hoek is een café.
7. Loop de Villa Léandre terug naar de avenue Junot en ga op de kruising rechtsaf.
Bij nr. 11 is de ingang naar de Hameau des Artistes. Er staat een hek dat soms dicht is (ga in dat geval verder de avenue Junot op en ga rechts de rue Girardon in tot op het kruispunt met de rue Lepic). Is het hek wel open, loop dan door dit mooie parkachtige terrein en ga aan het eind via de trap naar de rue Lepic.
8. Ga links de rue Lepic in tot aan het kruispunt met de rue Girardon.
In de rue Lepic zijn nog twee molens over van de dertig die hier in de 19e eeuw stonden. De beroemdste was de Moulin de la Galette (op nr. 75), gebouwd in 1640 en sinds 1860 een danshal. Hier kwamen schilders als Toulouse-Lautrec, Van Gogh en Utrillo. De molen is geschilderd door Renoir (te zien in het Musée d’Orsay).
Moulin de la Galette is ook de naam van een restaurant iets lager op de heuvel. Op dat restaurant staat de tweede windmolen, die verwarrend genoeg Moulin Radet heet.
9. Steek de rue Lepic over en ga de smalle rue d’Orchampt in. Aan het eind is de place Emile Goudeau.
Hier stond op nr. 13 de Bateau-Lavoir, een atelier van schilders en dichters, waaronder Picasso, Braque, Cocteau en Modigliani die hier tussen 1890 en 1920 woonden en werkten. Het huidige gebouw is nieuw; het oude brandde af in 1970. Op nr.11 woonde Dalida 25 jaar tot aan haar dood in 1987.
10. Loop over door het parkje de rue Ravignan af naar de rue Garreau. Ga links de rue Garreau in, en sla daarna rechts de passage des Abbesses in, een trapstraatje. Sla aan het eind links de rue des Abbesses in tot je bij de place des Abbesses komt. Hier is het metrostation Abbesses.
Op dit plein staat de Saint-Jean de Montmartre, de eerste kerk die in gewapend beton werd gemaakt, maar wel werd afgewerkt met baksteen. Aan de noordkant van het plein ligt de square Jehan Rictus. Hier staat een enorm bord met ‘Ik hou van jou’ in meer dan 300 talen.
De metro-ingang van station Abbesses met de mooie overkoepeling is ontworpen door de jugendstil-architect Hector Guimard. Het station is het diepste van Parijs.