Waar is het Office du Tourisme? Waar vind je Wifi-aansluitingen? Wat is een arrondissement? Hoe moet je afrekenen? Wat is een handige plattegrond? Welk stokbrood is er te koop? Allemaal vragen die je kunt tegenkomen als je naar Parijs gaat. En er zijn er nog veel meer. Hier vind je de antwoorden.
Klik op een onderwerp in de lijst
Afrekenen
Wie in Parijs wil betalen voor een kop koffie, een drankje of een diner trekt de aandacht van de ober en zegt: ‘L’addition, s-il-vous-plait’ (de rekening alstublieft) of ‘Je voudrais payer’ (ik wil graag betalen). Het kan meestal ook in het Engels. Je kunt contant betalen of met een creditcard, maar meestal niet met een Nederlandse bankpas. Een fooi geven hoeft niet (die zit officieel in de prijs), maar als je tevreden bent, kun je een fooi geven van ongeveer 5%.
Arrondissementen
Parijs is bestuurlijk verdeeld in 20 arrondissementen. Elk arrondissement is weer onderverdeeld in vier quartiers (wijken). De nummering van de arrondissementen loopt als een spiraal vanuit het centrum met de klok mee naar buiten. Elk arrondissement heeft zijn eigen stadhuis (mairie), zijn eigen burgemeester (maire) en zijn eigen conseil d’arrondissement, vergelijkbaar met de gemeenteraad in België of Nederland. Het conseil d’arrondissement wordt rechtstreeks gekozen en kiest op zijn beurt de burgemeester.
De 20 arrondissementen liggen allemaal binnen de stadsring, de boulevard Périphérique. Daarbuiten liggen de voorsteden, de banlieues, die niet bij Parijs horen maar wel onderdeel zijn van de Parijse agglomeratie. Het Bois de Boulogne en het Bois de Vincennes liggen wel buiten de Périphérique, maar horen administratief tot respectievelijk het 16e en het 12e arrondissement. Dat geldt niet voor La Défense.
Parijs werd voor het eerst in arrondissementen verdeeld in 1795. Het waren er toen nog maar twaalf, negen op de rechterover en drie op de linkeroever. In 1860 werden er acht arrondissementen toegevoegd door het annexeren van de omliggende dorpen. Tegelijk werden alle arrondissementen opnieuw genummerd volgens het spiraalmodel. De namen van enkele dorpen kom je nog steeds tegen als onderdeel van een arrondissement: Belleville, Charonne, Vaugirard, Bercy, Montmartre. In de namen van veel metrostations herken je de namen van de quartiers.
Arrondissementen en quartiers:
arrondissement | naam | quartiers |
1 | Louvre | Saint-Germain-‘l-Auxerrois, Les Halles. Palais-Royal, Place Vendôme |
2 | Bourse | Gaillon, Vivienne, Mal, Bonne-Nouvelle |
3 | Temple | Arts-et-Métiers, Enfants-Rouges, Archives, Sainte-Avoye |
4 | Hôtel de Ville | Saint-Merri, Saint-Gervais, Arsenal, Notre-Dame |
5 | Panthéon | Saint-Victor, Jardin-des-Plantes, Val-de-Grâce, Sorbonne |
6 | Luxembourg | Monnaie, Odéon, Notre-Dame-des-Champs, Saint-Germain-des-Prés |
7 | Palais-Bourbon | Saint-Thomas-d’Aquin, Invalides, Ecole-Militaire, Gros-Caillou |
8 | Elysée | Champs-Elysées, Faubourg-du-Roule, Madeleine, Europe |
9 | Opera | Saint-Georges, Chaussée-d’Antin, Faubourg-Montmartre, Rochechouart |
10 | Enclos Saint-Laurent | Saint-Vincent-de-Paul, Porte-Saint-Denis, Porte-Saint-Martin, Hôpital-Saint-Louis |
11 | Popincourt | Folie-Méricourt, Saint-Ambroise, La Roquette, Sainte-Marguerite |
12 | Reuilly | Bel-Air, Picpus, Bercy, Quinze-Vingts |
13 | Gobelins | Salpêtrière, La Gare, Maison-Blanche, Croulebarbe |
14 | Observatoire | Montparnasse, Parc Montsouris, Petit-Montrouge, Plaisance |
15 | Vaugirard | Saint-Lambert, Necker, Grenelle, Javel |
16 | Passy | Auteuil, La Muette, Porte-Dauphine, Chaillot |
17 | Batignolles-Monceau | Ternes, Plaine Monceau, Batignolles, Epinettes |
18 | Butte-Montmartre | Grandes-Carrières, Clignancourt, Goutte-d’Or, La Chapelle |
19 | Buttes-Chaumont | La Villette, Pont-de-Flandres, Amérique, Combat |
20 | Ménilmonant | Belleville, Saint-Fargeau, Père-Lachaise, Charonne |
Banlieue
Wijken rond Parijs, buiten de boulevard Périphérique. Soms met grote concentraties hoogbouwflats en bewoners met een laag inkomen en lage opleiding (zoals La Courneuve), soms met villa’s en welgestelde, hoog opgeleide bewoners (zoals Neuilly-sur-Seine).
Begraafplaatsen
Tot in de 18e eeuw werden Parijzenaars begraven bij de kerk. Omdat de stad snel groeide waren deze kerkhoven op den duur overvol en wegens de slechte hygiënische omstandigheden werden ze toen van lieverlee overgebracht naar verlaten steengroeven (catacomben) in wat nu het 14e arrondissement is. Napoléon I verordonneerde in 1801 de aanleg van grote begraafplaatsen in het noorden, zuiden en oosten, buiten de toenmalige muren. Dat zijn de huidige Cimetières Montmartre, Montparnasse en Père Lachaise.
De begraafplaatsen zijn als parken aangelegd. Door de diversiteit van de graven en door de prachtige bomen, struiken en bloemen die op de begraafplaatsen staan zijn het plaatsen geworden waar je aangenaam kunt wandelen. Veel beroemdheden hebben hier een laatste rustplaats gevonden. Op Montmartre liggen bijvoorbeeld componist Hector Berlioz, schilder Edgar Degas en zangeres Dalida. Beroemdheden op Montparnasse zijn onder andere beeldhouwer Zadkine en schrijversechtpaar Jean-Paul Sartre en Simone de Beauvoir. Op Père Lachaise vind je de graven van zanger Jim Morrison en zangeres Edith Piaf. Maar vaak zijn de graven van onbekenden het meest verrassend. Bezoek ook eens een kleinere begraafplaats, bijvoorbeeld Saint-Vincent, Picpus of Bercy. Die zijn minder groot en daardoor wat intiemer.
In totaal zijn er binnen de stadsgrenzen 14 begraafplaatsen. Gegevens over adres, openingstijden en beroemde graven vind je in een Franse lijst of een lijst in het Nederlands.
Bekijk de serie filmpjes Onvergankelijk Parijs van Andy Arnts over enkele Parijse begraafplaatsen:
Père Lachaise deel 1.
Cimetière de Montmartre
Cimetière de Passy
Tickets voor de Catacomben van Parijs zijn via deze link te verkrijgen.
Bioscopen
In Parijs naar de film? Er zijn meer dan 300 bioscopen en je vindt er allerlei soorten filmzalen, van megabioscopen met 15 zalen tot intieme filmhuizen. Veel bioscopen hebben een prachtig interieur en zijn alleen daarom al een bezoek waard. Er zijn hypermoderne zalen als in de MK2-bioscopen, maar ook bijvoorbeeld een art-décogebouw, een Japanse pagode, een bioscoop op een boot en een ouderwetse bioscoop uit 1907.
Zoek een film of bioscoop: www.allocine.fr of www.premiere.fr.
Zoek een Engelstalige film: paris.angloinfo.com.
VO betekent version originale: men spreekt in de originele taal, de film heeft Franse ondertitels.
VF betekent version française: de film is Frans nagesynchroniseerd en niet ondertiteld.
Tien bijzondere bioscopen:
Le Grand Rex
Geopend in 1932. Deze grote bioscoop is een monument. Hij is gebouwd in art-décostijl en ziet er van buiten uit als een bruidstaart. Ook binnen is hij helemaal art déco. Hier worden alleen films gedraaid in VF (version originale, de originele taal).
Je kunt een rondleiding maken (Etoiles du Rex) die 50 minuten duurt en waarbij je onder meer de productiezaal bezoekt en uitleg krijgt over het gebouw.
1 boulevard Poissonnière (2e), metro Bonne Nouvelle
www.legrandrex.com
Le Balzac
Het gebouw stamt uit 1935 en heeft een decor als in een cruiseschip. Er worden arthousefilms gedraaid.
1 rue Balzac (8e), metro George V
www.cinemabalzac.com
La Pagode
Gesloten sinds 10 november voor renovatie! Deze bioscoop huist in een Japanse pagode, gebouwd door een Franse architect aan het eind van de 19e eeuw. De eigenaar van Le Bon Marché liet hem bouwen voor zijn vrouw. Het is nu een bijzonder gebouw met twee filmzalen. Zaal 1 is ingericht in Japanse stijl met rijk gedecoreerde muren en plafonds. Binnen is een café en ook in de oosterse tuin kun je iets drinken.
57 bis rue de Babylone (7e), metro Saint-François-Xavier
www.etoile-cinemas.com
MK2
De MK2-keten heeft verschillende bioscopen in Parijs, maar de drie grootste liggen allemaal aan het water. Ze zijn hypermodern en hebben alledrie restaurants en/of cafés en winkels. De zalen aan het Bassin de la Villette liggen tegenover elkaar en je kunt van de een naar de ander overstappen met een veerbootje.
MK2 Bibliothèque, 128-162 Avenue de France (13e arr.), metro Bibliothèque François Mitterrand, bus 27, 62, 64, 89
MK2 Quai de Seine, 7 quai de Seine (19e arr.), metro Stalingrad of Jaurès, bus 26, 48, 54
MK2 Quai de Loire, 7 quai de Loire (19e arr.), metro Stalingrad of Jaurès, bus 26, 48, 54
www.mk2.com
Studio 28
In een zijstraatje van de rue Lepic op Montmartre ligt al sinds 1928 deze kleine bioscoop in jaren-50-stijl. In het begin werden ‘controversiële’ films van onder meer Buñuel, Cocteau en Abel Gance gedraaid, later ook Amerikaanse films, o.a. van de Marx Brothers en Charlie Chaplin. De zaal heeft lampen die zijn ontworpen door Jean Cocteau. Er is een café en een tuin.
10 rue Tholozé (18e), metro Blanche of Abbesses
www.cinemastudio28.com
La Péniche Cinéma
Deze bioscoop ligt op een boot in het Canal de l’Ourcq bij het parc de la Villette. Hier worden korte films vertoond en besproken. Op het dek is een terras. Toegang is gratis.
59, boulevard MacDonald (19e), metro Porte de la Villette, bus 75
Le Champo
Filmhuis in de buurt van de Sorbonne met twee zalen, waar in de jaren 60 de eerste nouvelle-vague-films draaiden, en nu arthousefilms. Het programma La Nuit begint ’s avonds en duurt tot het ontbijt (bij de prijs inbegrepen), met drie films van één regisseur.
51 rue des Ecoles (5e), metro Saint-Michel of Odéon
www.lechampo.com
Cinéma du Panthéon
Oudste filmhuis (1907) van Parijs. In 2007 werd de bioscoop verbouwd en kwam er een salon de thé/restaurant waarvan het mooie interieur bedacht is door Catherine Deneuve. Er is één zaal en er worden nieuwe, onbekende films gedraaid.
13 rue Victor Cousin (5e), metro Cluny-la-Sorbonne
www.whynotproductions.fr/pantheon
La Géode
Koepel van spiegelglas van 36 meter breed in het Parc de la Villette. Natuur- en wetenschapsfilms op Omnimax-formaat. De films zijn Franstalig, maar je kunt door een koptelefoon de Engelse versie horen.
26 avenue Corentin Cariou (19e), metro Porte de la Villette, bus 75
www.lageode.fr
Forum des Images
Hier kun je filmseries en themafilms bekijken in een van de vijf zalen. Maar bovendien kun je alleen of met z’n tweeën een film uit het databestand van meer dan 7000 films kiezen en bekijken op een van de 16 digitale beeldschermen, zittend op een comforabele bank. Er is ook een filmbibliotheek en een café-restaurant.
2 rue du Cinéma (in het Formu des Halles, 1e), metro Les Halles
www.forumdesimages.fr
Bloemenmarkten
In Parijs zijn drie bloemenmarkten (marchés aux fleurs). De bekendste is op het Ile de la Cité, op de place Louis-Lépine en de quai de Corse langs de Seine (4e arrondissement, metro Cité). Deze markt is elke dag open van 8 tot 19.30 uur. Op zondag is er een vogelmarkt (8-19 uur).
Ook op de place de la Madeleine (8e arrondissement, metro Madeleine) is een bloemenmarkt, die geopend is van maandag t/m zaterdag van 8 tot 19.30 uur.
De derde is op de place des Ternes (17e arrondissement, metro Ternes). Deze markt kun je bezoeken op dinsdag t/m zondag van 8 tot 19.30 uur.
Boeken over Parijs
Els las graag boeken over Parijs. Die kun je hieronder vinden. Hier vind je reisgidsen over Parijs.
Antony Beevor & Artemis Cooper, Paris after the liberation 1944-1949.
Penguin, 2004
Parijs na de bevrijding 1944-1949, Ambo, 2010
Politiek, kunst en dagelijks leven in Parijs in de jaren na de bevrijding.
John H. Boom, Parijs, Couleur locale. Boom, 2000
Korte beschouwende verhalen over sfeervolle wandelingen door Parijs. Aanrader voor zowel de beginnende als de gevorderde Parijsganger. De vierde druk, uit 2010, is helemaal herzien en aangevuld door de dochter van John Boom, Berber Boom.
Olivier van Beemen, In Parijs. Balans, 2009
Belevenissen in zeven jaar Frankrijk van de Parijse correspondent van een aantal Nederlandse kranten. Hij schrijft smakelijk over Sarkozy, Le Pen, Chirac, de banlieue, de Franse economie, daklozen en onvrede bij boeren, jongeren en studenten. Maar ook over kamers huren, fietsen in Parijs en nieuwjaarsrecepties.
Danielle Chadych en Dominique Leborgne, Atlas de Paris, Evolution d’un paysage urbain.
Parigramme, 2007
De ontwikkeling van het stadslandschap vanaf het ontstaan van Parijs tot nu. Mooie foto’s en interessante kaarten.
Gregor Dallas, Metrostop Paris. Walker, 2008
Twaalf historische verhalen over Parijs met als uitgangspunt een metrostation.
Trish Deseine, Heerlijk Parijs. Good Cook, 2014
Een reis door culinair Parijs: restaurants, pattisseries, speciaalzaken op het gebied van eten, en een paar echt Parijse menu’s om zelf te maken. Alles inclusief websites. Leuk en enthousiast geschreven. Wel lijkt het gericht op mensen die in Parijs wonen, en worden voornamelijk de duurdere zaken besproken.
Lorànt Deutsch, Metronome. Thomas Rap, 2011
Goed vertelde, fascinerende geschiedenis van Parijs in 21 eeuwen met als uitgangspunt evenzoveel metrostations. Jammer dat er geen kaartjes bij zijn. Die kun je wel vinden in de Franse uitgave: Métronome illustré.
Adriaan van Dis, De wandelaar. Augustus, 2007
Roman over een man en een hond en de grotestadsproblemen van Parijs.
Adriaan van Dis, Stadsliefde. Scènes in Parijs. Augustus, 2011
Korte verhalen de belevenissen van Van Dis in Parijs, waar hij vanaf 2003 een aantal jaren in het 6e arrondissement woonde. Enkele verhalen verschenen (in iets andere vorm) al in andere media. ‘Parijs is een stad waar schoonheid en rijkdom tegen armoede schuren.’
David Downie, Paris, Paris. Journey into the city of light. Transatlantic Press, 2005
Dertig artikelen over plaatsen, mensen en bijzonderheden in Parijs.
Leo Faust, Nieuwe gids van Parijs (Parijs in tien dagen). J.M. Meulenhoff, 1927
Gids uit de jaren 30, geschreven door een Nederlander die in Parijs het restaurant ‘Bij Leo Faust’ in de rue Pigalle runt. Kostelijke gedetailleerde beschrijvingen van uitstapjes, lunches, diners, cabarets en theaters, tien dagen lang, waarin de toerist stevig bij de hand gehouden wordt. Niet meer in de handel.
Philip Freriks, De meridiaan van Parijs. Conserve, 2007
Tocht langs de 135 koperen plaatjes van de meridiaan van Parijs. Veel plaatjes zijn helaas uit het wegdek verdwenen.
Jacques Garance en Maud Ratton, Secret Paris. Jonglez, 2007
Onbekende en bizarre zaken in Parijs, gerangschikt per arrondissement.
Adam Gopnik, Paris to the Moon. Quercus, 2008
Verslag van een verblijf van een paar jaar in Parijs.
Ernest Hemingway, A moveable feast. Penguin, 1964
Dag en nacht feest, Anthos
Verslag van Hemingway’s verblijf in Parijs in de jaren 1921-1926, waar hij als arme schrijver woonde in het 5e arrondissement.
Alistair Horne, Seven ages of Paris. Pan, 2003
Boeiend vertelde geschiedenis van Parijs in zeven perioden, van 1180-1969.
Andrew Hussey, Paris, The secret history. Penguin, 2007
Parijs, de verborgen geschiedenis. Arbeiderspers, 2007
De duistere kant van Parijs, levendig en onderhoudend verteld vanuit het perspectief van zwervers, criminelen, anarchisten en immigranten.
Jill Jonnes, Eiffel’s Tower. Penguin, 2010
Verhaal van het ontstaan en de bouw van de Eiffeltoren en de Wereldtentoonstelling van 1889. Alles bekeken vanuit Amerikaans standpunt: Buffalo Bill, Thomas Edison en de New York Herald.
David P. Jordan, Transforming Paris. The life and labours of Baron Hausmann. University of Chicago Press, 1996
Biografie over Hausmann met een historische beschrijving van de veranderingen van de stad in de 19e eeuw. Wie alles wil weten over de Hausmann-periode moet dit boek lezen.
Ross King, The judgement of Paris. Pimlico, 2007
Minutieuze beschrijving van het ontstaan en verloop van het impressionisme in de 19e eeuw.
Mary McAuliffe, Paris discovered. Explorations in the city of light. Elysian Editions, Princeton Book Company, 2006
Historische verhalen aan de hand van 17 onderwerpen.
Mary McAuliffe, Dawn of the Belle Epoque. Rowman & Littlefield, 2011
Parijs in de 19e eeuw, van 1871 tot 1900. De geschiedenis verteld aan de hand van Monet, Zola, Sarah Bernhardt, Gustave Eiffel, Claude Debussy, Georges Clemenceau en anderen. Een mooi beeld van de Belle Epoque.
Jeremy Mercer, Books, baguettes and bedbugs. The Left Bank World of Shakespeare & Co. Phoenix, 2006
Onderhoudend verslag van een Canadese journalist over een verblijf van een aantal maanden bij de beroemde boekhandel Shakespeare & Co.
Leonard Pitt, Promenades dans le Paris disparu. Parigramme, 2002
Stadswandelingen aan de hand van veranderde stadsgezichten.
Gérard Roland, Stations de métro, d’Abbesses à Wagram. RATP, 2006
Verklaring van alle namen van de Parijse metrostations.
Diederik Stevens, Hoogtij langs de Seine. Atlas, 2012
Encyclopedisch boek over alles wat Nederlandse beginnende schrijvers en schilders in Parijs meemaakten in de jaren 1945-1970. Alles heeft Stevens beschreven en vastgelegd: waar ze woonden, welke cafés ze bezochten, waar ze uitgingen, de boekhandels waar ze kwamen en de musea die ze bezochten. Geen boek om achter elkaar uit te lezen, wel om te gebruiken voor een pelgrimstocht langs tientallen adressen op de rive gauche.
Thirza Vallois, Around and about Paris, Volume One: 1st, 2nd, 3rd, 4th, 5th, 6th and 7th arrondissements. Iliad Books, 1999
Uitgebreide historische informatie in wandelingen door zeven Parijse wijken. Kaartjes van de wandelingen zijn te dowloaden op haar website. Er zijn nog twee delen over andere arrondissementen.
Pascal Varejka, Paris, Une histoire en images. Parigramme, 2007
Tweeduizend jaar geschiedenis van Parijs met bijbehorende afbeeldingen van schilderijen, tekeningen, plattegronden en foto’s.
Edmund White, De flaneur. Atlas, 2002
Beschouwingen over Parijs van Bouquinistes
Bouquinistes zijn verkopers van tweedehands boeken, tijdschriften, posters en prentbriefkaarten. Zij mogen hun spullen verkopen vanuit een groen gekleurd stalletje langs de Seine. Ze bestaan al sinds het midden van de 16e eeuw, toen ook op de bruggen over de Seine winkels te vinden waren. Ze gebruikten eerst kruiwagens om hun boeken te vervoeren, maar later maakten ze bakken die ze met leren banden aan de brugleuningen vastmaakten. In 1891 werden winkels op de bruggen verboden. De bouquinistes kregen toen toestemming om hun kisten neer te zetten langs de Seinekaden. Tegenwoordig zijn er ongeveer 250 bouquinistes. Wie zich aanmeldt moet gemiddeld acht jaar wachten voor hij aan de beurt is voor een vergunning.
De bouquinistes krijgen vier kisten van een vastgestelde afmeting en kleur en betalen ongeveer 100 euro huur per jaar. Ze moeten minstens vier dagen per week open zijn, en dat kan wel eens een opgave zijn als het slecht weer is. De prijzen van de boeken zijn meestal iets lager dan in de winkel. Je kunt er soms ook leuke prentbriefkaarten kopen uit vroeger jaren. Of misschien tik je nu juist dat boek op de kop waar je al zo lang naar op zoek was…
Je vindt de bouquinistes op de rechteroever tussen de pont Marie en de quai du Louvre en op de linkeroever tussen de quai de la Tournelle en de quai Voltaire. Openingstijden zijn grofweg tussen 11.30 uur en zonsondergang.
www.bouquinistedeparis.com
Budget Parijs
Je hoeft echt geen scheppen geld uit te geven om je in Parijs te vermaken. Heel veel bezienswaardigheden kun je gratis bekijken en als je goed uitkijkt hoeft eten ook geen aanslag op je portemonnee te zijn. Kijk naar de tips in de volgende drie brochures (pdf):
Budget Parijs 1: eten en drinken
Budget Parijs 2: kunst en cultuur
Budget Parijs 3: van alles en nog wat
Défenseur du temps
Vlakbij het Centre Pompidou, in de rue Bernard de Clairvaux (4e arrondissement, metro Rambuteau) hangt aan een muur een installatie die le Defenseur du Temps heet (de verdediger van de tijd). Het stelt een man voor met een zwaard die strijdt met een een draak, een vogel en een krab, die de aarde, de lucht en de zee voorstellen.
Elk uur tussen 9 en 22 uur ‘vecht’ de man met een van zijn tegenstanders, om 12, 18 en 22 uur met alle drie tegelijk. Het geheel vindt plaats met geluid van de zee, de wind en het gerommel van het binnenste van de aarde. De automaat is ontworpen en gemaakt door kunstenaar Jacques Monestier en werd in 1979 in gebruik genomen.
Het mechanisme was een lange tijd stuk, maar kunstenaar Cyprien Gaillard heeft het weer tot leven gewekt. Je kunt de automaat in dit filmpje bekijken hoe hij werkt of bezoek hem in het echt.
Evenementenkalender Parijs 2021-2022
Feestdagen in Parijs
1 januari | Nieuwjaarsdag (Jour de l’An) |
1 april 2024 | Paasmaandag (lundi de Pâques) |
1 mei | Dag van de Arbeid (Fête du Travail) |
8 mei | Bevrijdingsdag 1945 |
9 mei 2024 | Hemelvaartsdag (Ascension) |
20 mei 2024 | Pinkstermaandag (lundi de Pentecôte) |
14 juli | Fête Nationale, Quatorze Juillet |
15 augustus | Maria Hemelvaart (Assomption) |
1 november | Allerheiligen (Toussaint) |
11 november | Wapenstilstandsdag (Armistice 1918) |
25 december | Kerstmis (Noël) |
Films die in Parijs spelen
Er zijn nogal wat films die zich afspelen in Parijs. In 2008 verscheen Le voyage du ballon rouge van regisseur Hou Hsiao-hsien. In 2007 kwam Paris van Cédric Klapisch uit, en een jaar eerder Paris je t’aime van diverse regisseurs, in 2011 Midnight in Paris van Woody Allen en Intouchables van Olivier Nakache en Éric Toledano. A Weekend in Paris van Roger Michell kwam uit in 2014.
Maar ook oudere films als Hôtel du Nord (Marcel Carné, 1938), Quai des Orfèvres (Henri-Georges Clouzot, 1947), Le ballon rouge (Albert Lamorisse, 1956), Ascenseur pour l’Echafaud (Louis Malle, 1958), A bout de souffle (Jean-Luc Godard, 1960) en Jules et Jim (François Truffaut, 1962) hadden Parijs als decor.
Heel populaire films waren de laatste jaren Chacun cherche son chat die in het 11e arrondissement is opgenomen (Cédric Klapisch, 1996), Le fabuleux destin d’Amélie Poulain die in Montmartre speelt (Jean-Pierre Jeunet, 2001), The Da Vinci Code, o.a. gedraaid in het Louvre (Ron Howard, 2006), de animatiefilm Ratatouille (Pixar Animation Studios, 2007) en Intouchables (2011). Op deze lijst vind je alle films die in Parijs spelen.
Grande Axe
De Grande Axe of Axe Historique is een denkbeeldige historische lijn die dwars door Parijs loopt: vanaf het Louvre over de Place de la Concorde en de Arc de Triomphe naar de Grande Arche de la Défense. Zowel het Louvre als de Grande Arche staan echter niet precies op die lijn, beide gebouwen wijken er 6,3 graden van af. Vanaf de Arc de Triomphe en de Grande Arche kun je de Grande Axe goed zien.
Grands Projets
Grands Projets of Grands Travaux zijn de monumentale moderne gebouwen die tijdens de regeerperiode van verschillende presidenten van Frankrijk sind 1969 zijn gerealiseerd.
Georges Pompidou (president van 1969-1974) begon ermee. Hij hield van moderne kunst en bedacht een plan voor een groot centrum voor moderne kunst op de plek van de voormalige Hallen, de place Beaubourg: het tegenwoordige Centre Pompidou. Het werd geopend in 1977, toen Pompidou al overleden was.
Zijn opvolger Valérie Giscard-d’Estaing (1974-1981) liet het oude gare d’Orléans ombouwen tot een museum voor de meesterwerken uit de kunstperiode 1848-1914. Het is nu het Musée d’Orsay, geopend in 1986.
François Mitterrand (1981-1995) spande de kroon met acht Projets. In 1986 openden de Cité des Sciences et de l’Industrie en het Parc de la Villette op het terrein van de voormalige slachthuizen. Het Institut du Monde Arabe werd in 1987 ingewijd. Het Louvre werd vergroot en gerenoveerd en er verscheen een glazen piramide in de binnenplaats (1988). Het ministerie van Financiën, dat uit het Louvre was gezet, kreeg een enorm gebouw aan de Seine in Bercy (1989). De Opéra-Bastille werd geopend in juli 1989, bij de 200e verjaardag van de Franse Revolutie. Ook in 1989 opende de president de Grande Arche de la Défense. In 1995 kwam de Cité de la Musique in La Villette klaar. Mitterrands laatste Grand Projet, de Bibliothèque nationale de France, heeft hij niet voltooid gezien. Het werd na zijn dood in 1996 geopend als Bibliothèque nationale François Mitterrand.
Jacques Chirac (1995-2007) stimuleerde de plannen voor een museum voor oude beschavingen en primitieve kunst, dat in 2006 als musée du Quai Branly in gebruik genomen werd.
Van president Nicolas Sarkozy (2007-2012 ) wordt beweerd dat hij naam wilde maken met het ontwikkelen van een beeldentuin van 13 hectare op het Ile Seguin, een eiland in de Seine ten zuidwesten van Parijs in de voorstad Boulogne-Billancourt. Op het eiland stonden ooit de Renaultfabrieken. Van president François Hollande (2012 -) is nog geen project bekend.
De werken van Hausmann
Hausmann was van 1853 tot 1870 prefect van het département Seine (waaronder Parijs toen hoorde). Hij heeft het hart van Parijs omgebouwd van een doolhof van steegjes en straatjes tot een centrum met brede boulevards met bomen en voorname appartementengebouwen. Hij moest daarvoor hele straten en huizen afbreken en een heel nieuwe infrastructuur bedenken.
De bedoeling van die gigantische operatie was om de vijf stations van Parijs beter bereikbaar te maken, het leger goede verbindingswegen te bieden bij ongeregeldheden en het verkeer beter te regelen. Bijkomend voordeel was dat een gedeelte van de stad waar slechte hygiëne heerste weggevaagd en vervangen werd door ruimere wijken met huizen met meer comfort en betere sanitaire voorzieningen. Keizer Napoleon III was een groot voorstander van de plannen.
Hausmann zorgde ook voor veel nieuwe parken: in die tijd zijn bijvoorbeeld het Bois de Boulogne, het Bois de Vincennes, het parc Montsouris, het parc des Buttes-Chaumont en het parc Monceau aangelegd of gerenoveerd. Verder is de Opéra Garnier gebouwd, inclusief de nieuwe, imposante avenue die ernaartoe leidt. Ook het Ile de la Cité moest eraan geloven: veel nauwe straatjes moesten weg en een deel van het karakter van het eiland ging verloren. Maar wel is er dank zij Hausmann een prachtig plein gekomen voor de Notre Dame.
Hausmann stelde regels op waaraan gevels van huizen moesten voldoen. Vandaar dat bijvoorbeeld de grands boulevards er qua gevels nogal eenvormig uitzien. Hij liet ook allerlei straatmeubilair ontwerpen, bijvoorbeeld bankjes en aanplakzuilen (colonnes Morris) die nu nog in Parijs te zien zijn. De watervoorziening werd eveneens aangepakt, net als het rioleringssysteem.
Door de vele bouwwerkzaamheden moest veel geld geleend worden. Tegen de jaren 70 kon de stad Parijs die leningen haast niet meer afbetalen en verloor Hausmann zijn goodwill. Er waren toen 117.000 huizen afgebroken en 215.000 nieuw gebouwd.
Meer over Hausmann vind je hier.
Honden mee naar Parijs
Het wordt hondenbezitters niet gemakkelijk gemaakt om hun hond mee te nemen. Hier wat informatie over wat niet en wel mag.
Op straat
Honden moeten aangelijnd zijn en hun uitwerpselen moeten worden opgeraapt en weggegooid. Boete: tot 450 euro.
Vervoer
Kleine honden (tot 6 kg) mag je in de metro gratis meenemen als je ze in een tas of mand vervoert. In RER-treinen mogen grotere honden ook mee, mits aangelijnd en gemuilkorfd.
Musea en monumenten
Alleen blindegeleidehonden mogen naar binnen.
Parken en tuinen
De meeste parken zijn verboden voor honden. Op een bord bij de ingang is dat vermeld. In deze lijst kun je zien welke regels er gelden per park.
Winkels en markten
In levensmiddelenwinkels en op markten zijn honden verboden, ook aangelijnd.
Journées européennes du Patrimoine
In het 3e weekend van september is het in heel Europa Monumentendag. Ook in Parijs kun je tijdens de Journées du Patrimoine gratis heel veel monumenten, hôtels, regeringsgebouwen, ateliers, theaters, industriële gebouwen en nog veel meer bezoeken. Gebouwen die anders voor het publiek gesloten zijn openen dan hun deuren. Denk bijvoorbeeld aan het Elysée, de Assemblée nationale, het Palais Royal, de Nederlandse Ambassade en verschillende hôtels particuliers. Data in 2016: 17 en 18 september.
Kiosken
Je ziet de Parijse kiosken overal op de trottoirs staan. Er zijn er ongeveer 340, verspreid over de stad. In zo’n kiosk kun je alle Franse en veel buitenlandse kranten en tijdschriften kopen. Maar ook voor ansichtkaarten, snoep, water, een plattegrond van Parijs of een envelop kun je er terecht. Ook de uitgidsen Pariscope en L’Officiel des Spectacles zijn hier te koop.
Moderne kunst op straat
Sinds 1960 geeft de stad Parijs steeds meer kunstenaars een opdracht om een openbaar kunstwerk te maken. Sommige van deze kunstwerken op straat zijn onderdeel van een kunstroute, bijvoorbeeld het nieuwe traject van tram T3 in het oosten van Parijs. Andere vind je bij elkaar in de buurt, zoals in La Défense. Daar kun je een brochure met alle kunstwerken afhalen bij de Espace Information (15 place de la Défense) of hier bekijken.
Ook Street Art is populair in Parijs!
Een selectie uit de openbare kunstwerken (per arrondissement):
Jean-Michel Othoniel, Le Kiosque des noctambules (2000)
place Colette, 1e arrondissement
Ludieke ingang van metrostation Palais-Royal, gemaakt bij het 100-jarig bestaan van de metro en geïnspireerd op de metro-ingangen van Guimard aan het begin van de 20e eeuw.
Daniel Buren, Les deux plateaux (ook genoemd ‘Colonnes de Buren’)
place du Palais-Royal, 1e arrondissement
260 gestreepte kolommen en een lichtinstallatie. Gemaakt van wit marmer uit Carrera en zwart marmer uit de Pyreneeën. Gerestaureerd in 2009.
Henry de Miller, L’écoute (1986)
place René Cassin, voor de Saint-Eustache, 1e arrondissement
Het beeld van een enorm hoofd is 70 ton zwaar en is gemaakt van zandsteen. Het vormt een mooi contrast met de Saint-Eustache-kerk uit de 16e eeuw.
Jean Tinguely en Niki de Saint-Phalle, Fontaine Stravinsky
place Igor-Stravinsky, 3e arrondissement
Fontein naast het Centre Pompidou met allerlei bizarre figuren in het water, geïnspireerd op het muziekstuk Le Sacre du Printemps van Stravinsky. De kleurige structuren zijn van Niki de Saint-Phalle, de metalen structuren van Jean Tinguely. Kreeg een opknapbeurt in 2010.
Arman, L’Heure de tous (1985)
voor het Gare Saint-Lazare, 13 rue d’Amsterdam, 8e arrondissement
Opeenstapeling van aan elkaar gelaste bronzen klokken.
Oscar Niemeyer, La main ouverte
parc de Bercy, 12e arrondissement
IJzeren figuur van een open hand met een bloem, gemaakt als blijk van vriendschap tussen Brazilië en Frankrijk.
Rachid Khimoune, Les enfants du monde
parc de Bercy, 12e arrondissement
21 bronzen beelden van kinderen uit de hele wereld.
Chen Zhen, Danse de la fontaine emergente
place Augusta Holmes, 13e arrondissement
Fontein van roestvrij staal en glas in de vorm van een draak, kronkelend boven en onder de grond op de plaats van het ondergrondse Parijse waternetwerk. ‘s Avonds mooi verlicht.
Wang Du, Tour d’Exercice (2008)
place Jules Renard, 17e arrondissement
Hommage aan Parijse brandweermannen, gemaakt van roestvrijstaal en gebaseerd op de oefentoren van de brandweerkazerne, 11 m hoog.
Yona Friedman, Le musée des graffitis
Jardin Lilolila, 295 rue de Belleville, 19e arrondissement
Graffiti tussen plastic gordijnen en een pergola. Anderen kunnen (op afspraak) meewerken aan dit kunstwerk. De Jardin Lilolila is voor bezoekers geopend op zondag vanaf 14.30 uur.
Alexander Calder, Araignée rouge (1976)
Esplanade de la Défense
Spin van roodgelakt staal, 15 m hoog.
Yakov Agam, fontein (1975)
Esplanade de la Défense
Kleuren, water en fonteinen. Er zijn regelmatig licht- en klankspelen.
Mur pour la Paix
De Mur pour la Paix is een monument voor de vrede. Het staat sinds 2000 op het Champ de Mars aan de voet van de Eiffeltoren, tegenover de Ecole Militaire (7e arrondissement, metro Ecole Militaire). Op de muur staat het woord ‘vrede’ in 32 talen. De muur is geïnspireerd op de Klaagmuur in Jeruzalem. Bezoekers kunnen een vredesboodschap achterlaten in een brievenbus. Die boodschap verschijnt dan op de schermen van het monument.
De Mur pour la Paix is ontworpen door Clara Halter en gebouwd door de architect Jean-Michel Wilmotte. Hij bestaat uit een staalconstructie bekleed met hout, roestvrij staal en glas.
Mur des je t’Aime
De Mur des je t’Aime (de muur van ik hou van jou) is een ontmoetingsplaats voor geliefden en staat op square Jehan Rictus in Montmartre (18e arrondissement, metro Abbesses). Het is een muur van 10 x 4 meter vol liefdesverklaringen in meer dan 300 talen op blauwe tegels geschreven.
De schrijver en componist Frédéric Baron verzamelde de teksten en muurkunstenaar Daniel Boulogne en kalligrafe Claire Kito maakten de muur.
Je kunt alvast een virtueel kijkje nemen.
Office du Tourisme
De VVV van Parijs heet Office du Tourisme. Je kunt er plattegronden en wat gidsjes krijgen en eventueel een hotel boeken, een rondrit of een rondvaart. Ook is er informatie over evenementen, musea en transportmogelijkheden. Hier kun je een Museum Pass kopen, of tickets voor het Louvre en voor Disneyland Paris. De website is parisinfo.com, maar die blinkt niet uit van duidelijkheid en informatie is soms niet bijgewerkt.
Er zijn zes vestigingen van het Office du Tourisme:
Hoofdvestiging
25 rue des Pyramides
1e arrondissement
metro Pyramides, Tuileries of Opéra
openingstijden: 2 mei – 31 oktober elke dag 9-19 uur; 1 november – 30 april maandag t/m zaterdag 10-19 uur, gesloten op 1 mei
Anvers
tegenover 72 boulevard de Rochechouart
9e arrondissement
metro Anvers
openingstijden: maandag t/m zondag 10-18 uur, behalve 1 januari, 1 mei en 25 december
Gare de l’Est
place du 11-Novembre
10e arrondissement
metro Gare de l’Est
openingstijden: maandag t/m zaterdag 8-19 uur
Gare du Nord
18 rue de Dunkerque
10e arrondissement
metro Gare du Nord
openingstijden: elke dag 8-18 uur, behalve 1 januari, 1 mei en 25 december
Gare de Lyon
20 boulevard Diderot
12e arrondissement
metro Gare de Lyon
openingstijden: maandag t/m zaterdag 8-18 uur
Paris-Expo
1 place de la Porte-de-Versailles
15e arrondissement
metro of tramway Porte de Versailles
openingstijden: 11-19 uur tijdens beurzen en exposities
In de zomer zijn nog vier vestigingen open: op de Champs-Elysées, bij de Notre Dame, het Hôtel de Ville en de Bastille.
Parijse maten
breedte (oost-west) | 18 km |
lengte (noord-zuid) | 9,5 km |
oppervlakte | 10.539,7 hectare (incl. Seine en de bossen) |
aantal inwoners | 2.145.906 (2020) |
laagste punt | 30,5 m, op de hoek van de rue Leblanc en rue Saint-Charles, 15e arrondissement |
hoogste punt | 128,4 m, 40 rue du Télégraphe, 20e arrondissement |
langste straat | 4,3 km, rue de Vaugirard, 6e en 15e arrondissement |
kortste straat | 5,7 m, rue des Degrés (2e arrondissement) |
smalste straat | 1,8 m, rue du Chat-qui-Pêche (5e arrondissement) |
wijdste straat | 120 m, avenue Foch (16e arrondissement) |
steilste straat | 17,4%, rue Gasnier-Guy (20e arrondissement) |
Périphérique
De boulevard Périphérique is een ringweg rond de gemeente Parijs. Hij werd aangelegd tussen 1957 en 1973 op de plaats van de voormalige Enceinte de Thiers, een verdedigingswal rond de stad uit de 19e eeuw. Op de plaats waar nu de périphérique loopt, was een groenstrook gepland, maar die werd afgeblazen omdat de auto voorrang kreeg.
De ringweg is 35 km lang, heeft gemiddeld vier rijstroken in elke richting en is op een aantal plaatsen overkapt, onder meer vanwege milieuoverlast in de stad. Door middel van 34 genummerde op- en afritten (portes) komt het verkeer de Periphérique op en af. Er zijn geen vluchtstroken en de maximumsnelheid is snds 1 januari 2014 70 km, maar dat haal je maar zelden. Er zijn dan ook regelmatig opstoppingen.
Neem een goede kaart van Parijs en omgeving mee waar alle Portes op staan. Je rijdt de Périphérique op vanaf de snelweg (vanaf België en Nederland is het makkelijkst A1 – A3). Je gaat dan de Périphérique op bij Porte de Bagnolet. Als je invoegt, hebt je voorrang op de auto’s die op de rechter rijstrook rijden. Die strook is bestemd voor auto’s die de Périphérique op of af rijden (ritsen). Ben je er eenmaal op, ga dan van de rechter rijstrook naar een baan meer naar links. Ben je aangekomen bij de Porte waar je eraf wilt, ga dan weer op de rechter rijstrook rijden en rij vervolgens de afrit op. Heb je je afslag gemist, rij dan gewoon door. Het duurt even, maar je komt weer bij de juiste afslag, want de Périphérique is een rondweg.
Stad Parijs
De stad Parijs is zowel een gemeente als een département (75), een erfenis uit het verleden. De gemeente wordt begrensd door de boulevard Périphérique. Daarbuiten ligt de banlieue, ofwel de petite couronne (kleine ring) van drie departementen: Hauts-de-Seine (92), Seine-Saint-Denis (93) en Val-de-Marne (94). Daaromheen liggen weer de departementen van de grande couronne (grote ring), Seine-et-Marne (77), Yvelines (78), Essonne (91) en Val-d’Oise (95). Al deze departementen samen (inclusief Parijs) vormen de regio Ile-de-France. De stad Parijs had in 2020 ruim 2 miljoen inwoners. In de hele regio Ile-de-France wonen ruim 12 miljoen mensen.
De gemeente Parijs bestaat uit 20 arrondissementen met elk een conseil d’arrondissement (een gemeenteraad) en een maire (burgemeester). Een selectie uit de raadsleden van de arrondissementen vormt de Conseil de Paris, die uit 163 leden bestaat. Voorzitter van de Conseil de Paris is de burgemeester van Parijs. Op dit moment is dat Anne Hidalgo, die in 2014 voor zes jaar gekozen is.
Omdat Parijs zowel een gemeente is als een departement, vergadert de Conseil de Paris soms als stedelijke raad, soms als departementale raad, afhankelijk van het onderwerp dat op de agenda staat. Het hoofd van het departement van Parijs is de prefect, die benoemd wordt door de Staat. Hij is tevens prefect van de regio Ile-de-France, en is verantwoordelijk voor infrastructuur en logistiek.
Stokbrood
Er zijn verschillende soorten stokbroden.
- La baguette: een ‘gewoon’ stokbrood, het witste en eenvoudigste in zijn soort. Ook het goedkoopst.
- La tradition: dit zijn stokbroden die ter plaatse worden gebakken en waarvan het meel geen kunstmatige toevoegingen bevat.
- Le pain: is even lang als een baguette, maar wel twee keer zo breed en dik.
- La ficelle: een extra smalle baguette met veel korst en weinig zacht brood.
- Le pain de seigle: brood van roggemeel, dit is over het algemeenl het donkerste brood. Fransen noemen het daarom ook wel pain noir.
- Le pain de campagne: het klassieke Franse boerenbrood, ook wel pain paysan genoemd. Dit zijn grote stevige broden met een dikke korst.
- Pain complet of pain intégral: volkorenbrood van diverse meelsoorten en grof gemalen granen.
- Pain aux céréales: meergranenbrood met toevoeging van ongemalen granen en zaden.
- Brioche: dit zijn de zoetere broden, soms mooi gevlochten.
Stratengids
Wil je zonder ergernis je weg vinden in Parijs? Koop dan al in Nederland bij de boekhandel of via internet of in Parijs op het Gare du Nord, het vliegveld of bij de kiosk een goede kaart of stratengids, inclusief een duidelijke kaart van de metrolijnen.
Grote kaarten die je moet uitvouwen zijn niet altijd handig midden op straat. Wel handig zijn de kleine stratengidsjes van ongeveer 12 x 18 cm. Hierin vind je alle straten per arrondissement, plus een plattegrond van La Défense, het Bois de Boulogne, het Bois de Vincennes en kaarten van metro en RER. Je stopt het boekje makkelijk in je tas of jaszak. Zoek je een bepaalde straat, dan kijk je voorin bij de index. Voor de straatnaam staat het nummer van het arrondissement, erachter een code, bijvoorbeeld H12. Je kijkt dan op de pagina van het arrondissement en zoekt het snijpunt van de vakken H en 12.
De gidsjes zijn er in een paar uitvoeringen van verschillende uitgevers. De gids van l’Indispensable is het handigst.
De gids van Michelin is ook goed, maar die heeft een spiraalband, waardoor de straten niet in elkaar overlopen.
De wat grotere Petit Parisien heeft per arrondissement 3 pagina’s: een gewone plattegrond, de buslijnen met bushaltes en de metrolijnen en stations.
l’Indispensable: Paris pratique par arrondissement
Michelin: Paris par arrondissements
l’Indispensable: Le Petit Parisien
Uitgids
Films, tentoonstellingen, concerten, restaurants, markten, opera, popconcerten, jazz, musea, monumenten, kinderactiviteiten, beurzen, en nog veel meer staan in de wekelijkse gidsen Pariscope of l’Officiel des Spectacles. Ze verschijnen op woensdag, kosten ongeveer €1,80 en je kunt ze kopen bij elke kiosk of Tabac/krantenzaak.
Uitkijkpunten
Hoe mooi Parijs is kun je ook beleven vanaf verschillende uitkijkpunten. De Eiffeltoren natuurlijk, maar er zijn er meer. Voor de meeste moet je betalen, andere zijn gratis. Trek een jas aan bij harde wind, en bedenk dat er weinig uitzicht is bij mistig of regenachtig weer.
Grande Arche de la Défense (110 m, betaald). Goed zicht op de Eiffeltoren, de Tour Montparnasse, de historische as van de Arc de Triomphe via de Champs-Elysées naar de Tuilerieën en het Louvre.
Arc de Triomphe (50 m, betaald). Uitzicht op heel Parijs, de 12 avenues die vanuit de place de l’Etoile uitwaaieren en het rondrijdende verkeer op het plein beneden.
Eiffeltoren (57 m (1e etage), 116 m (2e etage), ruim 300 m (3e etage), betaald). Uniek uitzicht rondom op de hele stad. Bij mooi weer kijk je 50 km ver.
Notre Dame (69 m, betaald). Je moet er even de 387 treden van de zuidtoren voor beklimmen, maar dan heb je prachtig zicht op de details van het bovenste deel van de kerk en op het Ile de la Cité en de Seine. NB: Na de verwoestende brand in 2019 wordt de toren weer opnieuw gebouwd. Waardoor hij niet open is voor publiek tot waarschijnlijk eind 2024.
Tour Montparnasse (200 m, betaald). Panoramisch terras op de 59e etage vanwaar je bij helder weer alle grote monumenten en gebouwen van Parijs kunt zien. Bij goed weer kun je 40 km ver kijken. Op de 56e etage kun je kijken achter glas, een paar trappen hoger sta je in de buitenlucht.
Sacré-Coeur (gratis). Bovenaan de trap, voor de Sacré-Coeur, uitzicht op een gedeelte van de rechteroever. Via een trap met 300 treden kom je bij de koepel van de kerk (271 m, betaald).
Parc de Belleville (108 m, gratis). Op de kruising van de rue Piat en de rue Envierges, bovenaan de trap.
Printemps (gratis). Op de 9e etage van de vestiging Maison-Beauté bij het self-service restaurant. Panoramisch uitzicht.
Lafayette (gratis). Op de 7e etage bij de koepel. Groot terras met café.
Centre Pompidou (40 m, betaald). Met de lift naar boven tot het 6e niveau.
Institut du Monde Arabe (gratis). Op de 9e etage, uitzicht op de Seine, het Ile Saint-Louis en de Bastille.
Vrijheidsbeelden
Iedereen kent the Statue of Liberty in New York. Maar ook in Parijs kun je het vrijheidsbeeld bewonderen, zelfs drie! De grootste staat op de Allée des Cygnes, de iets minder grote in het Musée des Arts et Métiers, en de kleinste is in 2011 verhuisd van de Jardin du Luxembourg naar het musée d´Orsay. Officieel heet het beeld La Liberté Eclairant le Monde.
De Allée des Cygnes is een pad op een soort pier in de Seine tussen de Pont de Bir-Hakeim en de Pont de Grenelle. Je kunt er komen met een trap vanaf de Pont de Bir-Hakeim. Aan het eind van de Allée des Cygnes staat la Statue de la Liberté van beeldhouwer Frédéric Auguste Bartholdi. Het is een kopie van het beeld in New York en is ongeveer 11,5 meter hoog. Amerika schonk het aan Frankrijk in 1889, 100 jaar na de Franse Revolutie. Het beeld was oorspronkelijk bedoeld voor plaatsing op de place des Etats-Unis (16e arr.), maar daar staat nu een beeldengroep (ook van Bartholdi) dat twee helden van de Amerikaanse onafhankelijkheid verbeeldt, Washington en Lafayette. Het beeld op de Allée des Cygnes stond eerst gericht naar het centrum van Parijs, maar later werd het gedraaid met het gezicht naar het westen (de Amerika-kant).
Onderdeel van het Musée des Arts et Métiers is de abdijkerk Saint-Martin-des-Champs. Daar staat het iets minder grote vrijheidsbeeld van 11,2 meter. In het museum wordt uitgelegd hoe Bartholdi het beeld in New York maakte aan de hand van dit schaalmodel op 1/16 van de grootte.
Het kleinste vrijheidsbeeld stond in de Jardin du Luxembourg aan de kant van de Rue de Guynemer en is ongeveer 4,5 meter hoog. Deze kopie werd door Bartholdi geschonken aan de stad Parijs ter gelegenheid van de wereldtentoonstelling van 1900. Het beeld is in december 2011 verplaatst naar het Musée d’Orsay vanwege schade door vandalisme. Het wordt gerestaureerd op kosten van de American Friends van het Musée d’Orsay.
Wereldtentoonstellingen
Veel gebouwen die je nu in Parijs kunt bekijken zijn gebouwd voor een van de wereldtentoonstellingen. Het beroemdste bouwwerk is de Eiffeltoren, gebouwd voor de Wereldtentoonstelling van 1889. Maar ook het Grand Palais, het Petit Palais, de pont Alexandre III, de Notre-Dame du Travail, het Palais de Chaillot en het Palais de Tokyo zijn overblijfselen van wereldtentoonstellingen. In de jaren tussen 1855 en 1937 zijn er zes grote tentoonstellingen geweest. Ze waren heel populair. Met het opkomen van de Industriële Revolutie in de 19e eeuw konden landen in een Wereldtentoonstelling laten zien wat er allemaal mogelijk was op het gebied van techniek, landbouw, kunst, industrie en wetenschap.
1855
In 1851 was de eerste Wereldtentoonstelling in Crystal Palace in Londen. Louis-Napoléon, destijds president van Frankrijk en een jaar later keizer Napoleon III, was in Londen enthousiast geraakt voor het idee. Hij organiseerde daarom in Parijs in 1855 ook een wereldtentoonstelling. Op de plaats waar nu het Grand en het Petit Palais staan verrees een ‘Palais de l’Industrie’ als tegenhanger van Crystal Palace. Nieuwe producten waren onder meer de grasmaaimachine, de saxofoon en de revolver.
Voor het eerst werd de Slinger van Foucault gepresenteerd en ook werd de classificatie van bordeauxwijnen tijdens de tentoonstelling vastgesteld. Nog bestaande overblijfsels van deze Wereldtentoonstelling zijn het Théatre du Rond Point des Champs-Elysées (8e arrondissement), de Notre Dame du Travail (15e arrondissement) en de Zouave van de Pont de l’Alma (7e arrondissement). De tentoonstelling duurde van mei tot oktober en trok vijf miljoen bezoekers.
1867
De tweede Wereldtentoonstelling in Parijs werd gehouden in 1867 op het Champ de Mars. Een nevententoonstelling van landbouwontwikkelingen stond in Boulogne. Bezoekers konden met stoomboten tussen beide tentoonstellingen heen en weer varen. Rond het Palais de l’Industrie verscheen een groot aantal buitenlandse restaurants. Nieuwe producten waren de locomotief en de hijskraan. Nu zijn de Villa Beauséjour (16e arrondissement) en de Annexe Agricole op het Ile Saint-Germain nog overblijfsels van deze tentoonstelling.
1878
In 1878 vond de derde Wereltentoonstelling in Parijs plaats aan beide kanten van de Seine en op het Champ de Mars. Voor deze gelegenheid werden twee gebouwen neergezet die nu niet meer bestaan: het Palais du Trocadéro (afgebroken in 1937 voor de wereldtentoontelling in dat jaar) en het Palais du Champ de Mars. Noviteiten waren aluminium, een lift met veiligheidsrem, elektriciteit, de schrijfmachine en de fonteinen van Wallace, de eerste openbare fonteinen in de stad. Op de Seine voeren de eerste bateaux-mouches. Overblijfselen van deze tentoonstelling zijn de Cité Fleurie (13e arrondissement), de beelden van ossen bij het Palais du Trocadéro, nu te zien in het Parc Georges Brassens, en nog een aantal Wallace-fonteinen. De tentoonstelling trok meer dan 10 miljoen bezoekers.
1889
De Eiffeltoren werd gebouwd voor de Wereldtentoonstelling van 1889, 100 jaar na het begin van de Franse Revolutie (reden voor een aantal koningshuizen om weg te blijven). Van mei tot november trokken 28 miljoen bezoekers over de tentoonstellingsterreinen op de Invalides, het Palais du Trocadéro en de Champ de Mars. De ‘Galerie des Machines’ was een ijzeren gebouw van 110 m hoog en 450 m lang, waarin alle technische snufjes te zien waren, waaronder een telefoon en een grammofoon. Ook was er op de tentoonstelling een dorp met 400 ‘inheemse negers’ uit een van de Franse kolonieën te bekijken. Heineken kreeg voor zijn bier de Grand Prix. Nu is nog de Eiffeltoren over (die men eigenlijk na een paar jaar had willen afbreken), de Cité des Fusains onderaan Montmartre en de Villa des Arts (18e arrondissement).
1900
Tijdens de tentoonstelling van 1900 werd de metro in gebruik genomen. Er kwamen 50 miljoen bezoekers naar de Champs-Elysées, het Palais du Trocadéro, het Champ de Mars en de Invalides. Nieuwe ontdekkingen waren de sprekende film, de dieselmotor, de grootste telescoop van 60 m lang en 1,5 m diameter en röntgenfoto’s. Er werd een groot aantal gebouwen in art-nouveaustijl speciaal voor de tentoonstelling gebouwd die ook nu nog te zien zijn: het Gare de Lyon, het Gare d’Orsay (nu het Musée d’Orsay), de Pont Alexandre III, het Grand Palais en het Petit Palais. Ook staan in Parijs nog het kunstenaarsatelier La Ruche (15e arrondissement) en de passerelle Debilly, een loopbrug over de Seine.
1937
De laatste wereldtentoonstelling in Parijs was in 1937 en had als thema kunst en techniek. Hij werd gehouden op een kleiner terrein dan de vorige: alleen het Champ de Mars en de tuinen van Trocadéro. Er kwamen ook minder bezoekers: 31 miljoen. Nieuw was het Palais de Chaillot, gebouwd op de plek van het Palais du Trocadéro, dat werd afgebroken. Ook verrees op voormalig militair terrein het nieuwe Palais de Tokyo, waarin het Musée d’Art moderne de la ville de Paris werd gevestigd. Deze twee gebouwen staan er nog steeds. Nieuwtjes op de tentoonstelling waren de televisie en de hovercraft. De politieke, economische en sociale ontwikkelingen in die tijd hadden hun weerslag op de tentoonstelling. Er werd verschillende keren gestaakt en de overheid moest overwerk gaan uitbetalen. Het Russische paviljoen stond tegenover dat van nazi-Duitsland. Schilder Raoul Dufy maakte in het Palais de Tokyo een enorme muurschildering, la Fée Electricité, die ook nu nog in het musée d’Art moderne de la ville de Paris te zien is. Hij maakte het in opdracht van de toenmalige Parijse elektriciteitsmaatschappij.
Wifi
In Parijs kun je tegenwoordig op honderden plaatsen gratis draadloos internetten met Paris Wi-Fi. In parken, bibliotheken, gemeentehuizen en musea kun je onbeperkt inpluggen. In parken tussen 7 en 23 uur, in gebouwen tijdens openingstijden.
Parken en tuinen met Wi-Fi zijn herkenbaar aan een bord bij de ingang. Om verbinding te maken ga je naar een zone die het Wi-Fi-teken heeft, meestal vind je die op een bankje. Overigens vind je ook hotspots in veel cafés.
Woordenlijst Frans
ja | oui |
nee | non |
goedemorgen, goedemiddag, dag of hallo (bij komen) |
bonjour |
goedenavond | bonsoir |
tot ziens, dag (bij gaan) | au revoir/bonne journée |
tot straks | à bientôt, à tout à l’heure |
tot morgen | à demain |
welterusten | bonne nuit |
goede reis | bon voyage |
mevrouw | madame |
meneer | monsieur |
sorry | pardon |
neem me niet kwalijk | excusez-moi |
alstublieft (bij vragen) | s’il vous plaît |
alstublieft (bij geven) | voilà/voici |
dank u wel | merci |
afgesproken! | d’accord! |
geen probleem | pas de problème |
ik spreek geen Frans | je ne parle pas français |
spreekt u Engels? | parlez-vous anglais? |
Wijngaarden
In Parijs zijn ongeveer 12 kleinere en grotere wijngaarden waar elk jaar druiven geoogst worden om er wijn van te maken. Dat heeft te maken met het feit dat er vroeger op die plekken al wijngaarden waren in de dorpen die nu tot Parijs behoren, zoals Belleville, Vaugirard en Montmartre. De vier grootste wijngaarden worden gerund door een vinoloog. Het is zijn taak een goed drinkbare wijn te maken.
Montmartre
De oudste wijngaard is die van Montmartre. Daar staan 1762 wijnstokken uit 1932 van onder meer de druiven Gamay, Merlot, Sauvignon blanc en Gewürztraminer. Hier werd al wijn verbouwd in de tijd van de Romeinen en ook in de 16e eeuw was wijnbouwer een van de meest voorkomende beroepen. Nu wordt de wijn gemaakt in de kelder van het stadhuis van het 18e arrondissement. Elk jaar in oktober wordt de oogst gevierd met een Fête des Vendanges.
Hoek rue Saint-Vincent en rue des Saules (18e arr.), metro Lamarck-Caulaincourt
Parc Georges-Brassens
In het Parc Georges Brassens is sinds 1983 een wijngaard. Er staan 720 wijnstokken van de Pinot noir, de Perlette en de Pinot Meunier. Ook op deze plek was tot in de 18e eeuw een wijngaard. De rue des Périchaux en de rue des Morillons ten zuiden en ten noorden van het park getuigen nog van de druivensoorten die hier toen verbouwd werden. Daarna verdwenen de wijnstokken en kwam in 1894 op die plaats het abattoir van Vaugirard. In de kelder van het stadhuis van het 15e arrondissement staan de vaten waarin de wijn gemaakt wordt Parc Georges-Brassens (15e arr.), 2 place Jacques Marette, metro Convention
Parc de Belleville
Al voor de middeleeuwen lag hier een wijngaard in het dorp Belleville op de plaats waar nu het park ligt. Monniken verbouwden hier wijn op een wijngaard van 15 hectare en dat ging door tot aan de Franse Revolutie. Vanaf het begin van de 19e eeuw veranderde de wijngaard in tuinbouwgrond en later werden er huizen neergezet. Nu staan er 140 wijnstokken van druiven als Pinot Meunier en Chardonnay.
Parc de Belleville, 47 rue des Couronnes (20e arr.), metro Couronnes
Parc de Bercy
Op deze plaats was vroeger geen wijngaard, maar wel een belangrijk wijndepot. Langs de kaden van Bercy stonden vanaf de 17e eeuw wijnopslagplaatsen en er werd volop handel gedreven in wijn en andere dranken. De wijn werd in vaten aangevoerd op een boot. Gedeelten van het wijndepot zijn in het park nog te zien. Vanwege het wijnverleden zijn in 1996 350 wijnstokken geplant van de Sauvignon- en de Chardonnaydruif. De geoogste druiven gaan naar een kelder aan het eind van het park om er wijn van te maken.
Parc de Bercy (12e arr.), Jardin Yitzhak Rabin, metro Cour-Saint-Emilion